13 maart 2023

Het schaakspel rondom de MVO-wetgeving

Topman Peter Berdowski van Boskalis gooide onlangs de knuppel in het hoenderhok. Hij dreigde met het vertrek van zijn bedrijf uit Nederland naar aanleiding van een initiatiefwet over maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Hij was niet de enige die van zich liet horen: een klassieke bedrijvenlobby leidt inmiddels tot onenigheid in het kabinet over deze initiatiefwet. Toch kunnen deze bedrijven zich maar beter klaarmaken voor de echte strijd, die in Brussel, stelt Advisor Manon Dees van Hague.

De Europese corporate sustainability due diligence directive (CSDD) is al maanden – relatief op de achtergrond – onderwerp van gesprek bij beleidsmakers in Brussel en Europese hoofdsteden. De CSDD-richtlijn schrijft voor dat bedrijven zorgvuldigheid moeten betrachten in de waardeketen en bijvoorbeeld geen schendingen van mensenrechten of milieuvervuiling mogen toestaan bij leveranciers. Bedrijven worden door de richtlijn gedwongen om niet alleen in hun eigen land maatschappelijk verantwoord te ondernemen, maar wereldwijd verantwoordelijkheid te nemen.

Klassieke bedrijvenlobby

Het debat over de richtlijn kabbelde voort, totdat topman Peter Berdowski van baggerconcern Boskalis begin januari in het FD waarschuwde dat het ondernemen hem in Nederland ‘onmogelijk’ werd gemaakt door een initiatiefwet die in de Tweede Kamer op tafel ligt. Die wet gaat op een aantal punten verder dan de Europese CSDD-richtlijn.

Berdowski is met name bang dat hij als bestuurder persoonlijk aansprakelijk gesteld kan worden in het geval zijn bedrijf die zorgplicht schendt. Hij dreigde zelfs met zijn bedrijf te vertrekken uit Nederland. De indieners van de initiatiefwet, onder leiding van ChristenUnie-Kamerlid Stieneke van der Graaf, ontkennen die mogelijkheid ten stelligste. Bedrijven kunnen wél aansprakelijk worden gesteld, bestuurders op persoonlijke titel niet, stelt zij. Berdowski, en vele andere bestuurders met hem, maakten handig gebruik van deze onduidelijkheid in de initiatiefwet en startten een klassieke bedrijvenlobby om hun zorgen duidelijk te maken. Hierdoor kreeg het – tot dan toe – rustige debat een stormachtig vervolg, vooral in de media.

Wat ging eraan vooraf?

Eerst even wat context om te begrijpen wat er gaande is. In december 2022 heeft de Europese Raad een general approach (algemene oriëntatie) over de CSDD-richtlijn vastgesteld. Het Nederlandse kabinet heeft hier niet mee ingestemd. Het Nederlandse kabinet hamert op het creëren van een level playing field, en op dat punt moet het Europese voorstel aangescherpt worden, vindt Den Haag. Brussel wil bedrijven bijvoorbeeld alleen verantwoordelijk maken voor mensenrechtenschendingen en milieuvervuiling bij toeleveranciers (upstream), terwijl Nederland vindt dat bedrijven ook aangesproken moeten kunnen worden op de impact van hun producten en diensten bij afnemers (downstream). Ook wil Europese Commissie de lidstaten zelf laten beslissen of ze de richtlijn van toepassing verklaren op de financiële sector. Het kabinet vindt dat CSDD juist verplicht moet worden voor álle sectoren. Dan zijn de regels voor alle bedrijven gelijk en is er een gelijk speelveld. Nederland staat overigens niet alleen in zijn kritiek. Acht andere lidstaten hebben niet ingestemd met de general approach.

Een groep Tweede Kamerleden vindt de inzet van het kabinet niet ver genoeg gaan. Ze broeden op een verdere inhoudelijke aanscherping, en willen ook niet wachten totdat de trage Brusselse molens hun richtlijn klaar hebben. Al in maart 2021 dienen Kamerleden van ChristenUnie, SP, PvdA, GroenLinks, Volt en D66 een initiatiefwet in. Deze wet stelt strengere grenzen aan de toepasbaarheid van de regels dan de Europese richtlijn, waardoor meer bedrijven zich hieraan zullen moeten houden.

Splijtzwam in de coalitie

Hoewel het kabinet nog geen officieel standpunt heeft ingenomen over de initiatiefwet, hebben de twee verantwoordelijke VVD-ministers al laten weten dat het kabinet de initiatiefwet niet zal steunen. Dat de initiatiefwet zorgt voor onenigheid in de coalitie is inmiddels duidelijk: D66 en ChristenUnie willen graag voortmaken met de wet, in tegenstelling tot hun coalitiepartner VVD. En dit alles nog vóórdat de behandeling in de Tweede Kamer is begonnen.

De bedrijven die van zich hebben laten horen zullen inmiddels tevreden terugkijken op hun offensief. Een klassieke bedrijvenlobby, waarbij ouderwets dreigen met vertrek uit Nederland niet werd geschuwd, lijkt geslaagd. Het debat over het vestigingsklimaat in Nederland wordt vrijwel gedomineerd door de discussie over deze initiatiefwet en de onduidelijkheid over of bestuurders nu wel of niet persoonlijk aansprakelijk kunnen worden gesteld strooit zand in de motor.

Brussel als hoofdtoneel

Of het resultaat van de Nederlandse bedrijvenlobby ook duurzaam is, is de vraag. Ten eerste moet de behandeling in de Tweede Kamer nog beginnen en er zitten nog altijd twee van de coalitiepartners bij de indieners van de wet. Ten tweede kijken alle lidstaten straks naar de strijd op het hoofdtoneel: die in Brussel. Misschien zullen er aanvankelijk verschillen tussen de lidstaten zijn, maar uiteindelijk is het behoud van een gelijk speelveld in het Europees belang. Dreigen met vertrek uit Nederland is dan ook weinig zinvol.

Voor duurzaam lobbysucces is het, steeds meer, nodig om het vizier op zowel Nederland als op Brussel gericht te houden. Steeds vaker is de wisselwerking tussen wetgeving of beleid op Europees en nationaal niveau en interessant schaakspel op verschillende niveaus. En wie wint op het ene bord, kan op het andere bord nog steeds verliezen.

Meer weten?

Meer weten over hoe Hague u, met kantoren in zowel Brussel als Nederland, u daarbij kan helpen? Neem vrijblijvend contact op met Advisor Manon. Zij praat graag met u verder. 

Of schrijf u in op de nieuwsbrief en ontvang updates van Hague eens per kwartaal in uw inbox. 

Deel deze resource

Ook interessant voor u

Hague corporate affairs logo

Ontvang de laatste insights

Of volg ons