De waarheid bestaat niet. En zelfs dat is mogelijk niet waar. Het fakenieuws vliegt de mediaconsument om de oren. Na ontmaskering wordt nepnieuws gepromoveerd tot alternatief feit. Probeer in die vervuilde informatiestroom met je content maar eens zichtbaar en geloofwaardig te blijven.
Het zijn zware tijden voor de mediaconsument. Vroeger (toen alles beter was) stond de waarheid in de krant. Zwart op wit. Zelden vroegen we ons ook maar iets af over de herkomst van de bron, de afzender van de boodschap en de feitelijkheid van een gebeurtenis namen we ‘de waarheid’ tot ons. Levend in de relatieve isolatie van de eigen zuil of peer group werd die waarheid ook niet uitgedaagd. Heerlijk overzichtelijk.
Los van het feit dat ‘vroeger’ de waarheid ook al een dubieus concept was, zijn we wel iets verloren. De illusie van feitelijkheid en objectiviteit is weg. Tenminste, (wij) 40-plussers zijn die kwijtgeraakt. Jongere generaties kennen die illusie niet en hebben er ook geen pijnlijk afscheid van hoeven nemen. Zij zijn opgegroeid met een chronische overdosis aan ongelijksoortige informatie. Zij kunnen beter overweg met boodschappen die soms misleidend, feitelijk, alarmistisch of commercieel zijn. Zij accepteren makkelijker content die humoristisch, cynisch, hyperbolisch of in een van de 45 andere veel voorkomende stijlvormen wordt gepresenteerd.
Perceptie van betrouwbaarheid
In die almaar aanzwellende informatiestroom verworden feiten tot waarschijnlijkheden, tot beredeneerde aannames. De bron, de toon, de presentatie, de kwaliteit van het argument en de context bepalen in hoge mate de perceptie van betrouwbaarheid. Het taalgebruik is een belangrijke indicator voor de kwaliteit van de informatie. De interne consistentie van tekst, antwoorden op de zes journalistieke vragen (wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe) zijn bepalende factoren of een boodschap geloofwaardig is en wordt geaccepteerd als feit, of wordt gerubriceerd onder het kopje onzin, commerciële reut, grappig of bruikbaar/interessant.
Summun van brand journalism
Die sterk vervuilde informatiestroom biedt ook een ander perspectief op de content die bedrijven en organisaties spuwen. Wie zich aanpast – ook als commerciële aanbieder van informatie – aan de selectiecriteria van de consument, kan die begeerde positie van geloofwaardige informatiebrenger innemen. Als thought leader die dolende media consument (van 40-plus?) gidsen door die overvloed van informatie is het summum van brand journalism. Dat vraagt natuurlijk kwaliteit van content, verhelderend inzicht en een onberispelijke presentatie. Wie sterke inhoud presenteert in een goed verhaal komt onverbiddelijk bovendrijven op die stroom van meningen, feiten, half-feiten en verdraaide waarheden.