Twee vrouwelijke journalisten hebben een discussie ontketend over het blog Geenstijl. Die bleef niet beperkt tot de inhoud, maar leidde tot een oproep om er niet meer te adverteren.
Is adverteren amoreel? Toen de discussie op gang kwam, zei een woordvoerder van het ministerie van Defensie kortweg: “Wij gaan niet over de inhoud”. Een dag later werd, vast op last van ‘hogerhand’, het adverteren op Geenstijl door Defensie opgeschort. Om te onderzoeken of de doelgroep nog wel werd bereikt, aldus de verklaring. Daags erna stopte de Belastingdienst met adverteren, omdat ‘een grens is overschreden’. Ethiek, altijd lastig.
Adverteerders zonder moraal
Geenstijl zelf vond dit natuurlijk schandelijk, en er waren ook anderen die de oproep en/of de boycot zelf veroordeelden als een aanslag op de vrijheid van meningsuiting. Voor adverteerders is de vraag: doet de omgeving ertoe? En ethisch gezien: is adverteren zonder moraal?
Het seksisme op Geenstijl en het videokanaal daarvan, Dumpert, werd onder vuur genomen door Loes Reijmer van de Volkskrant. Vervolgens vroeg Rosanne Hertzberger zich in de NRC af waarom ordentelijke bedrijven er adverteren. Ze merkte op dat een populaire maar seksistisch gebleken presentator op het Amerikaanse Fox News (pas) het veld had moeten ruimen nadat adverteerders waren weggelopen.
Corporate responsibility
In de Volkskrant signaleerde econoom Heleen Mees vervolgens dat de VS meer voorbeelden kent van boycotacties tegen media vanwege hun inhoud. Nederland heeft geen traditie op dat gebied, aldus Mees. Dat leek haar ‘cultureel bepaald’: het stellen van grenzen wordt hier meer als overheidstaak gezien. Maar ze begreep niet waarom Mercedes in de VS een talkshow laat vallen vanwege een seksistische presentator en dan in Nederland wel adverteert op Geenstijl. ‘Bedrijven hebben een eigen verantwoordelijkheid. Corporate responsibility heet dat geloof ik.’
Is er sprake van corporate responsibility, zoals Mees stelt? Moet je jezelf de vraag stellen of je medeverantwoordelijk bent voor de inhoud als je eraan meebetaalt of mag je dat juist niet?
Of is dat niet de goede vraag om te stellen. Is de betere vraag niet: Moet je als adverteerder overal zijn waar je doelgroep is?
Vrijheid van meningsuiting
Als het eigen belang in het geding komt, is er zelden discussie. Je adverteert niet op een pornowebsite als je klanten je dat kwalijk nemen. Je mag zelfs ‘politieke’ voorkeur hebben: als Vrij Nederland je te links is, zet je een advertentie in Elsevier zonder dat iemand je dat euvel zal duiden. Als de uitstraling van Geenstijl schadelijk is voor je imago, hoef je er geen reclame van jezelf op te zetten.
En een oproep om hierover na te denken? Die valt toch eerder onder de vrijheid van meningsuiting, dan onder een beperking daarvan. Adverteerders stemmen met hun voeten. Dat heet de markt. Dat heeft niks te maken met het beperken van welke vrijheid dan ook.